Czaar Peterstaat door Gerda van den Berg

Gerda van den Berg / 02-01-2006

Gerda van den Berg, 62 jaar en geboren in de Czaar Peterstaat. Nu woont ze in Amsterdam Noord.Gerda vertelt:‘Mijn opa en oma zijn in 1914 in de Coehoornstraat met een melkzaak begonnen. In de Tweede Wereldoorlog hadden mijn ouders een melkzaak op de Czaar Peterstraat 25, er was behalve wat melk niks te verkopen. Er lag wel een boom in de winkel om het houtkacheltje te stoken. Ze hadden die boom omgehaald en snel in de winkel gelegd. Toen kon de deur niet meer open. De mensen haalden in die tijd de houtblokjes onder de tram vandaan. Dat was natuurlijk voor mijn tijd, maar dit heb ik van mijn moeder gehoord. Ik ben midden in de oorlog geboren. Na mij is mijn broer Jacques (uitspreken Sjaak) geboren.Ik weet heel weinig van mijn kindertijd in de buurt. Dat komt omdat ik geen lagere school in de buurt bezocht. Ik zat op een kostschool in Bloemendaal, omdat mijn moeder dat beter vond dan de buurtschool. Daar heb ik een leuke tijd gehad met al die meiden en zo.Om de twee weken ging ik naar huis en ook in de vakanties. Ik heb veel in de speeltuin met het houten klimrek gespeeld. Als ik aan de speeltuin denk, denk ik ook altijd aan dat klimrek. Vroeger stond er bij het OLVG ook zo’n klimrek van hout. Over de speeltuin liep een loopbrug van het koffiehuis naar het pleintje. Daar liep langs het water een spoor. Waar die naar toe ging, weet ik niet.In de speeltuin was een politiebureau. De politie liep in mijn herinnering veel meer op straat dan nu.Met Koninginnedag mocht je bij mijnheer Blok zo’n balletje aan een elastiekje of een toetertje kopen. Er was die dag feest in de speeltuin!. Dan werden er ook spelletjes gedaan, zoals zaklopen.Er liep ook altijd één keer in de week een man in de straat om lootjes te verkopen. Illegaal was dat. Hij riep dan met een speciale stem: “De mensen hebben de centen genomen.” Als de politie dan kwam, schoof hij gauw ergens naar binnen.Er kwam iedere zondag een zuurboer. Die zei dan: “Uitjes in de wijnazijn!” Die zal wel een vergunning hebben gehad. Op de hoek van de Zeeburgerstraat bij de brug stond de haringkar van Ome Ko. Ik kocht daar twee uitjes voor een stuiver, want ik houd niet van vis.’

Deel deze pagina: